Een kerk moet een plek zijn waar je je op je gemak voelt en geaccepteerd weet. Een aantal punten om op te letten:

vrienden
Je voelt je thuis waar je vrienden zijn. Met hen deel je wat je bezighoudt, heb je plezier en onderneem je van alles.

voorganger
Een centrale figuur in een kerk. Hij geeft onderwijs en kent veel mensen en initiatieven. Veel voorgangers kunnen goed luisteren.

sfeer
Mensen maken de sfeer maar een gebouw en de inrichting ook. Is het massaal, afstandelijk, persoonlijk, intiem? Belangrijk is of het bij jou past.

onderlinge verstandhouding
Belangrijker nog is hoe mensen met elkaar omgaan. Kerken kennen soms ongeschreven regels en als nieuweling moet je daarvan op de hoogte raken. Je voelt al heel gauw aan hoe het eraan toe gaat. Je speelt daar zelf ook een rol in. Als jij in beweging komt, krijg je een reactie.

ruimte
Als je ergens nieuw bent, heb je ruimte en tijd nodig om je plek te vinden. Ervaar je genoeg ruimte om vragen te stellen? Mag je zijn wie je bent?

eigen plek
Word je enthousiast voor een kerk, dan wil je een bijdrage leveren. Niemand voelt zich zo welkom als iemand die ook iets bijdraagt.

verantwoordelijkheid
Je komt binnen als ‘consument’ maar groeit uit tot deelnemer. Houd in de gaten hoe dat in jouw geval gaat.

groei
Niemand staat stil, iedereen ontwikkelt zich. Ook in een kerk zijn er mogelijkheden om te groeien – in geloof, in betrokkenheid, in verantwoordelijkheid.

verstaanbaarheid
Natuurlijk klinkt in een kerk andere taal dan in een stadion of café. Maar het moet wel verstaanbaar zijn. Van jou mag enige inspanning verwacht worden om dingen te begrijpen, van de kerk mag verwacht worden dat die verstaanbaar is.

uitgangspunten
Last, but not least: een kerk is als geloofsgemeenschap gebaseerd op uitgangspunten. Vraag ernaar en onderzoek ze, want daarop onderscheidt de ene kerk zich (soms sterk) van de andere.