We leven in een tijd waarin genieten bijna verplicht is, het zogenaamde hedonistische tijdperk. Alleen al van dat ‘moeten genieten’ worden mensen soms depressief. Een kwart van alle vrouwen en ruim tien procent van alle mannen in Nederland wordt vroeg of laat geconfronteerd met een depressie.
Alhoewel het dus vaak voor komt, rust er nog steeds een taboe op deze psychische ziekte. Er is onderzocht of gelovigen vaker depressief zijn dan andersdenkenden. Inderdaad kunnen ook gelovigen ook depressief zijn. Er is aangetoond dat geloven op zichzelf niet depressief maakt.

Pijnloze wereld

Somberheid en depressie zijn geen motieven om te gaan geloven of om het geloof te mijden. Nu zou je zeggen dat het Evangelie (dat letterlijk ‘goede boodschap’ betekent) mensen kan helpen die in de put zitten. Gelovigen zelf zeggen wel deze ervaring te hebben.

Geloven kan echter evengoed gevoelens teweeg brengen waardoor je minder vrolijk wordt. Gelovigen ervaren bijvoorbeeld sterk de tegenstelling tussen de oorspronkelijke bedoeling van God en de werkelijkheid. God wilde een zondeloze, pijnloze wereld. Maar de huidige werkelijkheid in deze wereld en ons persoonlijke leven is vaak heel anders. Verlangen naar een betere situatie – geen exclusief christelijk gedachtegoed overigens – maakt niet altijd vrolijker.